07-03-2006

07-03-2006

Robbert Jan Swiers: "Ik ben niet zo'n schrijver die elke komma zestien keer afstoft en maar blijft knippen en plakken." foto: Mechteld Jansen.

Gedichten zitten zó dicht op je ziel

MIDDELBURG – Robbert Jan Swiers (Middelburg, 1959) is een uiterst productieve schrijver, op velerlei gebied, maar zijn gedichten waren tot nu toe alleen in kleine kring bekend. Daar wil hij nu verandering in brengen, met de uitgave van de bloemlezing Zintuiglijk geweld.

Hij heeft inmiddels zo’n vijftig titels op zijn naam staan: kinderboeken onder meer, maar ook vele uitgaven op het gebied van natuur en historie en allerlei onderwijsmethodes.
Eind vorig jaar won hij samen met Jan J.B. Kuipers, nog zo’n veelschrijver, de Zeeuwse Boekenprijs 2005 voor Het verhaal van Zeeland.
„Ik kan me nu eenmaal goed concentreren”, verklaart Swiers zijn uitgebreide oeuvre. „Daardoor kan ik in korte tijd veel doen. Ik ben niet zo’n schrijver die elke komma zestien keer afstoft en maar blijft knippen en plakken. Met Het verhaal van Zeeland ben ik wel lang bezig geweest, omdat je daarvoor veel onderzoek moet doen. Voor veel kinderboeken heb je niet zoveel research nodig.” Dat hij ook actief is als dichter, is minder bekend. „Ik heb diverse bundeltjes uitgegeven, maar veelal in eigen kring: vrienden, bekenden, soms ook relaties.” In diverse Zeeuwse tijdschriften publiceerde hij ook af en toe poëzie.
Zijn gedichten heeft hij altijd gezien als ‘een verborgen luikje’, iets waar hij liever niet al te veel ruchtbaarheid aan gaf. „Gedichten zitten zó dicht op je ziel.

Het gekke is dat ik met mijn songteksten wel naar buiten kwam, terwijl die toch ook verder gingen dan ‘I love you yeah yeah yeah’. Het is poëzie op muziek. Misschien scheelt het dat de songteksten in het Engels waren en verborg ik me achter die taal.”
Naar eigen zeggen heeft hij duizenden gedichten geschreven. Vanaf begin jaren negentig heeft hij zes bundeltjes gemaakt voor zijn directe omgeving. „Toen merkte ik dat men het toch wel erg leuk vond. Daarom dacht ik: ik zet ze op een rijtje, in een bloemlezing die een wat officiëler karakter heeft. Daarmee treed ik nu, met enige schuchterheid, naar buiten.”
De verzamelbundel, Zintuiglijk geweld, telt een beperkt aantal gedichten maar laat wel een ontwikkeling in Swiers’ poëzie zien. „Je wordt ook als dichter volwassener, rijper: je komt in je leven ingrijpende dingen tegen zoals mensen die overlijden, je leert je plaats in deze wereld beter kennen – dat zijn allemaal zaken die je kunt terugvinden in het werk.”
„Ook in het spelen met taal ben ik trefzekerder geworden. De Manteling der liefde, bijvoorbeeld, bestaat uit allemaal woorden die een bepaald beeld oproepen. Als dichter probeer je steeds de verbeelding in je hoofd onder woorden te brengen, zinnen van te smeden.”
Boek: Robbert Jan Swiers, ‘Zintuiglijk geweld’, met illustraties van Helen van Vliet. Uitgaven in eigen beheer, € 4,50, verkrijgbaar bij De Drukkerij in Middelburg en De Ruiter & Fanoy in Vlissingen.

De Manteling der liefde

Scheefgegroeid en kromgetrokken.
Korstmos begroeid en vaalgeel.
Windgegeseld verleden, schrijnpokken.
Parasolheden en landberoofd deel.

Ouderdomskwalen, gescheurde steen.
Diepduindalen en zandsnerppaden.
Muurontwrichting, vorstelijk heem.
 Nieuwe lichting germanymaden.


Zieldoortrokken, hartverpand.
Boomschorslokken en varenpracht.
Rhododendron, geurennacht.
Armageddon, buitenland.

Als alle vrienden zijn gestorven
en de tijd verdwijnt
achter gindse duinen
zoek mij dan aan de kust.

Daar breng ik wat ik heb verworven.
Daar offer ik, terwijl Hades seint,
mijn slecht onderhouden tuinen
en mijn nooit gevonden rust.

Rolf Bosboom